Het bamboe-gevel is ook na een fikse regenbui binnen een uur weer droog
Bamboe
De gevel van zijn Speehuis bestaat uit bamboe, dat onder zeer hoge temperatuur en druk is samengeperst. Door die druk karamelliseren de natuurlijke suikers, zegt Bart, en die suikers, nee, die wil je niet, want die vormen de voedingsbodem voor rot en blauwalg. Hij weet: algvorming is soms lastig te voorkomen. Vooral als je huis tussen de bomen staat. “Ik spoel ze er met lauw water zo vanaf.” Het bamboe-gevel is ook na een fikse regenbui binnen een uur weer droog. Komt door het open gevelsysteem. Dat heeft veel openingen waarmee je de ruimte achter de gevelbekleding goed kunt ventileren. Een ander voordeel van dat systeem: “Je kunt dakgoten, daktrimmen en lekdorpels achter een open gevelsysteem makkelijk wegwerken, met als resultaat een strak gevelbeeld zonder afleidende toetsers en bellen.” Maar hoho, wacht even, bamboe groeit niet op de Veluwe of in de Beierse bossen. Je moet ervoor toch echt een enkeltje evenaar boeken. Hoe klimaatvriendelijk is dat? Bart resoluut: “Bamboe is een van de snelst groeiende ‘bouwmaterialen’ ter wereld, en is een grassoort. Binnen 5 jaar is het 20 meter hoog. Het neemt ook nog eens forse hoeveelheden CO2 op tijdens de groei. Daardoor is het zelfs inclusief transport duurzamer dan hardhout.”
Binnenklimaat
Nog zo’n fijn voordeel van massief hout. Het zorgt voor een prettig binnenklimaat; het is gezonder dan beton. Bart: “Hout neemt vocht op als het binnen vochtig is, laat dat weer los als het droog is.” Binnen is het ook heerlijk koel, terwijl buiten de zon ongekend staat te branden. “Ik heb het huis volgens de TRIAS Energetica ontworpen. Het is goed geïsoleerd en kierdicht. De energie die we nodig hebben, krijgen we met een warmtepomp. Die warmt en koelt de vloerverwarming. Als het ’s zomers buiten warmer is dan 20 graden, daalt de temperatuur binnen automatisch met tien graden.” Die fraaie ronddraaiende openhaard, nee hoor, daar is niks duurzaams aan, vertelt Bart. Heeft hij ook helemaal niet nodig voor zijn energieverhaal. “Ik ben gewoon een pyromaan, zegt hij gekscherend. Altijd fikkie gestookt vroeger. Mijn zonen vinden het ook leuk. Gewoon gezellig en goed voor het ‘opruimen’ van de bossen.” Dat lijkt toch een tikkie tricky, zo dichtbij een houten huis midden in de bossen. Een glimlach: “Massieve houtbouw is één van de brandveiligste systemen die er is. Hout is zelfdovend. Het heeft een inbrandsnelheid van nul komma acht millimeter per minuut. Na een tijdje dooft het vuur omdat het hout geen zuurstof meer krijgt.”
Rendiermos en gemummificeerd gras
Als designliefhebber veer je binnen op bij elke stoel, elke schaal en iedere lamp die je tegenkomt. Er staat ook een tafel, gemaakt van polyurethaan (PU) waarmee bouwers parkeerdaken, oceaniums en bruggen waterdicht kunnen spuiten. Het is een eigen ontwerp. “Ik onderzoek ook hoe je materialen en technieken kunt toepassen op een manier waarvoor die eigenlijk niet zijn bedacht. Hierdoor kun je meubels en gebouwen verbijzonderen.” Hij tikt op een deur, ook een eigen ontwerp. Je hoort steen, maar het is hout voorzien van een laagje steenfineer. Leisteen dat je als carpaccio dunsnijdt en op een ander materiaal bevestigd. Boven staan bloembakken met gemummificeerd gras. Dat is gras met een coating waardoor je het geen water hoeft te geven. “Het is dood, maar behoudt zijn kleur vanaf het mummieficatiemoment.” En daar, wat is die mooi. Een kogeltjeronde lamp bekleed met versgroen Noors rendiermos. Het leeft, maar groeit niet. “Het absorbeert geluid en reageert op de luchtvochtigheid. Als het mos zacht is, weet ik dat de luchtvochtigheid binnen goed is, en ja, dat is een goede graadmeter voor ons binnenklimaat.
“Ik zocht een plek waar ik vanuit mijn huis direct het bos in kon wandelen.
Frank Lloyd Wright
Achter is het net alsof je in de tuin van een Usonian-huis van de Amerikaanse ontwerper/architect Frank Lloyd Wright staat. Dat komt vooral door de zwevende uitkraging van de carport en de manier waarop het huis in de natuurlijke omgeving sublimeert. De Oisterwijkse Bossen en Vennen beginnen aan zijn terrasdeur. Zijn tuin verglijdt erfscheidingloos in omringende bossen. “Ik zocht een plek waar ik vanuit mijn huis direct het bos in kon wandelen. Ons terrein loopt tot die tweede eik daar. Het zicht rijkt verder.” Wat moet het fijn zijn hier ’s avonds te zitten, op een bankje met een boekje. Of op een van de boomstammen langs het vennetje in de avondzon. De houtbouwrevolutie begint in Oisterwijk, zeker. Maar dan wel in alle rust. Tussen het weldadige groen.
Met dank aan Spee Architecten.