De Hoop van Vorden
De binnenkijker

De Hoop van Vorden

Cor Hospes
September 20, 2022
20.9.2022

Meer verhalen lezen?

Buitenstate inspireert je graag over het buitenleven. Vul je naam en e-mailadres in.

Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.

De achtkantige bovenkruier is al sinds 1905 familiebezit. Maar van binnen en buiten is de stellingmolen veranderd in een bouwval. Erik van Ark besluit die te transformeren tot een woning. Met een Ten Haveklep en een onweerstaanbaar neusje van aluminium.

Molen De Hoop in Vorden
De molen aan de binnenkantBuitenkant Molen de Hoop

De molen laten draaien, nee, dat doe je niet met een aan- en uitknopje. Dat vergt flink wat spierkracht. Erik van Ark staat op de stelling en laat het touw aan het tandwiel los om de molen te laten kruien. Daarbij moet hij het kruirad net zolang draaien, met zijn handen én desnoods zijn voeten, totdat het goed ‘op de wind’ staat. Daarna zet hij het wiel weer vast. “Met de wieken gaat het wiekenkruis draaien. Dat staat via een as in verbinding met raderen, tandwielen en de koningsspil die alles binnen aandrijft en ervoor zorgt dat een molen gaat malen, pompen of zagen.” Als het te hard waait, kijk, dan gaan de kleppen van de wieken open om te remmen. En dat kun je horen. Dan is onze molen net een piepende trein.”

Dan is onze molen net een piepende trein.”

Achtkantige korenmolen

Erik van Ark woont in molen De Hoop in Vorden. Gebouwd in 1850. Het is een achtkantige korenmolen die staat op een stenen pedestal. Zoals meer molens binnen de bebouwde kom. Die moeten wel op een voetstuk staan omdat ze anders, verstopt tussen de huizen, te weinig wind vangen. De wieken hangen daardoor hoog in de lucht, dus ja, die kun je niet met twee benen op de grond kruien. Daarom loopt rondom De Hoop een stelling, die met schoren en liggers vastzit in het metselwerk. Vanuit die omloop kun je de molen bedienen. Erik: “De ruimte beneden gebruiken ze om met paard en wagen beladen met zakken graan of meel naar binnen en buiten te rijden. Zonder dat je door de draaiende wieken van de weg wordt geslingerd.”

Molen de Hoop in Vorden
“Mijn opa begint erin een veevoederbedrijf. De maalstenen, trappen, tandwielen, koningspil, trappen en tussenverdiepingen: het is allemaal weg. Ze maken plaats voor veevoermachines, transportbanden en silo’s.”

Weg met de koningspil

De Hoop staat jarenlang tussen de korenvelden. Net zoals zijn ronde broertje, iets verderop in Vorden, de Hackfortsche Molen, ook een korenmolen op een verhoging. Heel bijzonder in de Achterhoek, twee molens zo dichtbij elkaar. Beide worden opgeslokt door de bebouwde kom van Vorden. Met het verdwijnen van de korenvelden, verdwijnt ook hun maalfunctie. Erik: “Mijn opa begint erin een veevoederbedrijf. De maalstenen, trappen, tandwielen, koningspil, trappen en tussenverdiepingen: het is allemaal weg. Ze maken plaats voor veevoermachines, transportbanden en silo’s.”

Veebrokken in een bovenkruier

De benedenverdieping van de achtkantige bovenkruier fungeert al die jaren als opslagruimte. “Er staan hier wel twintig silo’s met verschillende grondstoffen. Allemaal zeven meter hoog. Over de grond rijdt een karretje op rails van de ene ruimte naar de andere”, vertelt Erik. Als zijn vader overlijdt, stopt het veevoederbedrijf en verliest de stellingmolen opnieuw zijn functie. Wat moet ermee gebeuren? Verkopen is emotioneel lastig. De Hoop is al sinds 1905 familiebezit. Erik: “Hier ligt familiegeschiedenis.”

Restauratieplan

Dan krijgt Erik een idee. Hij zoekt een huis. Misschien dat hij en zijn vrouw in de molen kunnen wonen. Op de molen zit een woonwerkbestemming, dus ja, dat is een begin. Van de gemeente mag hij verbouwen. Maar hij krijgt met meer instanties en commissies te maken. Van het Gelders Genootschap tot de rijksoverheid, van Monumentenzorg tot de Provincie, ze willen allemaal hun plasje over de molen doen. ‘Laat eerst ook maar eens je restauratieplan zien’, krijgt hij te horen. Daarvoor komt hij terecht bij een molendeskundige van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Na een jaar tekenen is die man klaar. “Elk dwarslatje staat op papier.” Erik schetst een tekening voor de woning in het aanpalende pakhuis. Maar daar kan de gemeente niks mee. Ze hebben een tekening van een architect nodig. En kijk, het restauratieplan krijgt ook een duimpje van de overheid. Met een lach: “Het plan is gekeurd door diezelfde man die het heeft getekend. Zo werkt dat binnen het rijk.”

“Elk dwarslatje staat op papier.”

Een molen met stroop

Dan begint opnieuw de ambtelijke stroop. Komt doordat er te veel mensen bij de restauratie zijn betrokken. Erik wil het huis zo inrichten dat je vanuit de achtkant direct de molen in kunt lopen. Dus niet via het huis. Maar, zegt een instantie, drie maanden later, het is een achtkantige molen, is het dan niet mooier dat je van die hele benedenverdieping een woonkamer maakt? Weer drie maanden later, bedenkt iemand, ja, allemaal leuk, maar hoe moeten mensen dan in de molen naar boven kunnen. Erik zucht. Hij is er na twee jaar gezever en vergader helemaal klaar mee.

Negeer het bezwaar

Okay, nog een keer met iedereen om tafel. Provincie vindt het idee okay, de gemeente ook. Maar dan zegt iemand van de rijksdienst, nee, niet diezelfde man die het restauratieplan heeft bedacht: ‘ik vind het allemaal niks’. Erik besluit zich van dat oordeel niks aan te trekken; hij weet intussen hoe de hazen lopen. “We krijgen een vergunning van de gemeente en zetten de restauratie gewoon door.” Het Rijk maakt nadien nimmer bezwaar. Maar okay, nee, ook niet. Wanneer ze het wel zouden goedkeuren, scheppen ze misschien een precedent. “Nu is het, wij vinden het niks, gemeente, doe ermee wat je wilt. De overheid wil gewoon geen beslissing nemen.”

Het gaande en luiwerk

Na drie jaar gedoe mogen in 2005 molenexperts eindelijk met de opknapbeurt beginnen. Gesteund door verschillende restauratiesubsidies van het rijk, de provincie en de gemeente. Verder wacht er steun van het Prins Bernard Cultuurfonds en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling. Dus ja, dan kom je een heel eind. Nodig, want alles heeft een nieuwe jas nodig. Buiten de wieken, de rieten kap, de oploop en het tandwiel. Binnenin het gaande werk -de aandrijflaan van de molen, dus alle onderdelen die de wieken in beweging zetten- en het luiwerk, de takel voor het ophijsen van zakken graan. De restauratie duurt een jaar. Met als doel om De Hoop weer maalvaardig te maken.

Geen pannenkoekmeel

De maalsteen ligt daarvoor sinds 2006 voor hem klaar. Maar nee, zegt Erik, hij heeft daar geen aardigheid in. “Ik kan dat ding wel laten draaien, maar ik ben geen molenaar. Bovendien, als ik daarin een zak graan gooi, heb ik binnen een kwartier 25 kilo meel, nou, zie dat maar eens kwijt te raken.” Daar is misschien een markt voor, en anderen zien kansen om daarvoor een winkeltje aan huis te beginnen, maar nee, hij knutselt liever aan motoren. Bovendien, zomaar pannenkoekmeel malen, dat vergt nogal wat hygiëne eisen. “Een molen is van binnen niet bekleed met RVS.”

Eric en zijn vrouw in de molen
de werkplaats in de molenDe Hoop van Vorden
Natuurlijk, de molen moet draaien.

De molen wassen

Het pakhuis naast de molen, twintig meter lang, is veranderd in een woonhuis met twee lagen. Later koopt hij een lapje grond van de buren, zodat hij achter een flinke tuin heeft. Erik: “Als ik dat vooraf had geweten, hadden we de keuken omgedraaid en aan de achterkant twee grote ramen geplaatst.” Gek eigenlijk, zegt hij, ze hebben in de tuin die prachtige veranda, maar zitten daar eigenlijk nooit. Ook omdat er altijd wat te doen is op het erf. Natuurlijk, de molen moet draaien. Anders krijgt die stramme houten spieren. Om die in conditie te houden, ontvangt hij jaarlijks een draaipremie, en geld om de buitenboel te verfrissen. “Ik was het lakwerk van de molen een à twee keer per jaar, en ja, daar ben ik elke keer zomaar een dag mee zoet.”

Gerrit ten Have

Hun molen is een icoon van Vorden. Af en toe staat er een molenfetisjist voor hun deur. Ze komen vooral voor het aparte wieksysteem van De Hoop, in het begin van de jaren 1940 uitgevonden door de vermaarde molenbouwer Gerrit ten Have uit Vorden. Wieken bestaan jarenlang uit een hekwerk met losse zeilen, het bekende Oudhollandse gevlucht. Ten Have voorziet de wieken van draaibare houten windborden, met kantelbare kleppen die hun stand aanpassen aan de kracht van de wind. “Gaan de wieken te hard, dan remmen ze automatisch op de wind. Om te voorkomen dat ze letterlijk doordraaien.”

Neusje in de wind

Ten Have vervangt de windborden al snel door ‘stroomlijnneuzen’ van aluminium. Echt waar, zegt hij, het zijn net vliegtuigvleugels. Bij De Hoop zijn die voorzien van een zwichtring, waarmee je de windborden bedient. Dat old skool Ten Have-systeem zie je in ons land alleen nog op de Wilpermolen in Posterenk. En De Hoop heeft nog een molenfetisj dingetje. “Bij Oudhollands heb je aan voorkant windborden die je bij harde wind van de wieken kunt verwijderen, zodat je minder windbelasting hebt. Bij ons zijn de wieken ook aan de achterkant dicht gemaakt. Ik kan die borden er dus wel uithalen, maar ja, dat heeft geen zin.” Terwijl hij aandachtig naar de ronddraaiende wieken van de molen kijkt: “Ja, dat neusje van aluminium. Ik begrijp die liefhebbers wel.”

Cor Hospes
4.13.2021
9.20.2022
Hopelijk heb je ervan genoten!
Cor Hospes
15.4.2021
20.9.2022
De binnenkijker

De Hoop van Vorden

Meer verhalen lezen?

Buitenstate inspireert je graag over het buitenleven. Vul je naam en e-mailadres in.

Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.

De achtkantige bovenkruier is al sinds 1905 familiebezit. Maar van binnen en buiten is de stellingmolen veranderd in een bouwval. Erik van Ark besluit die te transformeren tot een woning. Met een Ten Haveklep en een onweerstaanbaar neusje van aluminium.

Molen De Hoop in VordenDe molen aan de binnenkantBuitenkant Molen de Hoop
Eric aan het werk aan de molen
De Hoop van Vorden

De molen laten draaien, nee, dat doe je niet met een aan- en uitknopje. Dat vergt flink wat spierkracht. Erik van Ark staat op de stelling en laat het touw aan het tandwiel los om de molen te laten kruien. Daarbij moet hij het kruirad net zolang draaien, met zijn handen én desnoods zijn voeten, totdat het goed ‘op de wind’ staat. Daarna zet hij het wiel weer vast. “Met de wieken gaat het wiekenkruis draaien. Dat staat via een as in verbinding met raderen, tandwielen en de koningsspil die alles binnen aandrijft en ervoor zorgt dat een molen gaat malen, pompen of zagen.” Als het te hard waait, kijk, dan gaan de kleppen van de wieken open om te remmen. En dat kun je horen. Dan is onze molen net een piepende trein.”

Dan is onze molen net een piepende trein.”

Achtkantige korenmolen

Erik van Ark woont in molen De Hoop in Vorden. Gebouwd in 1850. Het is een achtkantige korenmolen die staat op een stenen pedestal. Zoals meer molens binnen de bebouwde kom. Die moeten wel op een voetstuk staan omdat ze anders, verstopt tussen de huizen, te weinig wind vangen. De wieken hangen daardoor hoog in de lucht, dus ja, die kun je niet met twee benen op de grond kruien. Daarom loopt rondom De Hoop een stelling, die met schoren en liggers vastzit in het metselwerk. Vanuit die omloop kun je de molen bedienen. Erik: “De ruimte beneden gebruiken ze om met paard en wagen beladen met zakken graan of meel naar binnen en buiten te rijden. Zonder dat je door de draaiende wieken van de weg wordt geslingerd.”

De Hoop van Vorden
“Mijn opa begint erin een veevoederbedrijf. De maalstenen, trappen, tandwielen, koningspil, trappen en tussenverdiepingen: het is allemaal weg. Ze maken plaats voor veevoermachines, transportbanden en silo’s.”

Weg met de koningspil

De Hoop staat jarenlang tussen de korenvelden. Net zoals zijn ronde broertje, iets verderop in Vorden, de Hackfortsche Molen, ook een korenmolen op een verhoging. Heel bijzonder in de Achterhoek, twee molens zo dichtbij elkaar. Beide worden opgeslokt door de bebouwde kom van Vorden. Met het verdwijnen van de korenvelden, verdwijnt ook hun maalfunctie. Erik: “Mijn opa begint erin een veevoederbedrijf. De maalstenen, trappen, tandwielen, koningspil, trappen en tussenverdiepingen: het is allemaal weg. Ze maken plaats voor veevoermachines, transportbanden en silo’s.”

Veebrokken in een bovenkruier

De benedenverdieping van de achtkantige bovenkruier fungeert al die jaren als opslagruimte. “Er staan hier wel twintig silo’s met verschillende grondstoffen. Allemaal zeven meter hoog. Over de grond rijdt een karretje op rails van de ene ruimte naar de andere”, vertelt Erik. Als zijn vader overlijdt, stopt het veevoederbedrijf en verliest de stellingmolen opnieuw zijn functie. Wat moet ermee gebeuren? Verkopen is emotioneel lastig. De Hoop is al sinds 1905 familiebezit. Erik: “Hier ligt familiegeschiedenis.”

Restauratieplan

Dan krijgt Erik een idee. Hij zoekt een huis. Misschien dat hij en zijn vrouw in de molen kunnen wonen. Op de molen zit een woonwerkbestemming, dus ja, dat is een begin. Van de gemeente mag hij verbouwen. Maar hij krijgt met meer instanties en commissies te maken. Van het Gelders Genootschap tot de rijksoverheid, van Monumentenzorg tot de Provincie, ze willen allemaal hun plasje over de molen doen. ‘Laat eerst ook maar eens je restauratieplan zien’, krijgt hij te horen. Daarvoor komt hij terecht bij een molendeskundige van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Na een jaar tekenen is die man klaar. “Elk dwarslatje staat op papier.” Erik schetst een tekening voor de woning in het aanpalende pakhuis. Maar daar kan de gemeente niks mee. Ze hebben een tekening van een architect nodig. En kijk, het restauratieplan krijgt ook een duimpje van de overheid. Met een lach: “Het plan is gekeurd door diezelfde man die het heeft getekend. Zo werkt dat binnen het rijk.”

“Elk dwarslatje staat op papier.”

Een molen met stroop

Dan begint opnieuw de ambtelijke stroop. Komt doordat er te veel mensen bij de restauratie zijn betrokken. Erik wil het huis zo inrichten dat je vanuit de achtkant direct de molen in kunt lopen. Dus niet via het huis. Maar, zegt een instantie, drie maanden later, het is een achtkantige molen, is het dan niet mooier dat je van die hele benedenverdieping een woonkamer maakt? Weer drie maanden later, bedenkt iemand, ja, allemaal leuk, maar hoe moeten mensen dan in de molen naar boven kunnen. Erik zucht. Hij is er na twee jaar gezever en vergader helemaal klaar mee.

Negeer het bezwaar

Okay, nog een keer met iedereen om tafel. Provincie vindt het idee okay, de gemeente ook. Maar dan zegt iemand van de rijksdienst, nee, niet diezelfde man die het restauratieplan heeft bedacht: ‘ik vind het allemaal niks’. Erik besluit zich van dat oordeel niks aan te trekken; hij weet intussen hoe de hazen lopen. “We krijgen een vergunning van de gemeente en zetten de restauratie gewoon door.” Het Rijk maakt nadien nimmer bezwaar. Maar okay, nee, ook niet. Wanneer ze het wel zouden goedkeuren, scheppen ze misschien een precedent. “Nu is het, wij vinden het niks, gemeente, doe ermee wat je wilt. De overheid wil gewoon geen beslissing nemen.”

Het gaande en luiwerk

Na drie jaar gedoe mogen in 2005 molenexperts eindelijk met de opknapbeurt beginnen. Gesteund door verschillende restauratiesubsidies van het rijk, de provincie en de gemeente. Verder wacht er steun van het Prins Bernard Cultuurfonds en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling. Dus ja, dan kom je een heel eind. Nodig, want alles heeft een nieuwe jas nodig. Buiten de wieken, de rieten kap, de oploop en het tandwiel. Binnenin het gaande werk -de aandrijflaan van de molen, dus alle onderdelen die de wieken in beweging zetten- en het luiwerk, de takel voor het ophijsen van zakken graan. De restauratie duurt een jaar. Met als doel om De Hoop weer maalvaardig te maken.

Geen pannenkoekmeel

De maalsteen ligt daarvoor sinds 2006 voor hem klaar. Maar nee, zegt Erik, hij heeft daar geen aardigheid in. “Ik kan dat ding wel laten draaien, maar ik ben geen molenaar. Bovendien, als ik daarin een zak graan gooi, heb ik binnen een kwartier 25 kilo meel, nou, zie dat maar eens kwijt te raken.” Daar is misschien een markt voor, en anderen zien kansen om daarvoor een winkeltje aan huis te beginnen, maar nee, hij knutselt liever aan motoren. Bovendien, zomaar pannenkoekmeel malen, dat vergt nogal wat hygiëne eisen. “Een molen is van binnen niet bekleed met RVS.”

De Hoop van Vorden
De Hoop van VordenDe Hoop van Vorden
Natuurlijk, de molen moet draaien.

De molen wassen

Het pakhuis naast de molen, twintig meter lang, is veranderd in een woonhuis met twee lagen. Later koopt hij een lapje grond van de buren, zodat hij achter een flinke tuin heeft. Erik: “Als ik dat vooraf had geweten, hadden we de keuken omgedraaid en aan de achterkant twee grote ramen geplaatst.” Gek eigenlijk, zegt hij, ze hebben in de tuin die prachtige veranda, maar zitten daar eigenlijk nooit. Ook omdat er altijd wat te doen is op het erf. Natuurlijk, de molen moet draaien. Anders krijgt die stramme houten spieren. Om die in conditie te houden, ontvangt hij jaarlijks een draaipremie, en geld om de buitenboel te verfrissen. “Ik was het lakwerk van de molen een à twee keer per jaar, en ja, daar ben ik elke keer zomaar een dag mee zoet.”

Gerrit ten Have

Hun molen is een icoon van Vorden. Af en toe staat er een molenfetisjist voor hun deur. Ze komen vooral voor het aparte wieksysteem van De Hoop, in het begin van de jaren 1940 uitgevonden door de vermaarde molenbouwer Gerrit ten Have uit Vorden. Wieken bestaan jarenlang uit een hekwerk met losse zeilen, het bekende Oudhollandse gevlucht. Ten Have voorziet de wieken van draaibare houten windborden, met kantelbare kleppen die hun stand aanpassen aan de kracht van de wind. “Gaan de wieken te hard, dan remmen ze automatisch op de wind. Om te voorkomen dat ze letterlijk doordraaien.”

Neusje in de wind

Ten Have vervangt de windborden al snel door ‘stroomlijnneuzen’ van aluminium. Echt waar, zegt hij, het zijn net vliegtuigvleugels. Bij De Hoop zijn die voorzien van een zwichtring, waarmee je de windborden bedient. Dat old skool Ten Have-systeem zie je in ons land alleen nog op de Wilpermolen in Posterenk. En De Hoop heeft nog een molenfetisj dingetje. “Bij Oudhollands heb je aan voorkant windborden die je bij harde wind van de wieken kunt verwijderen, zodat je minder windbelasting hebt. Bij ons zijn de wieken ook aan de achterkant dicht gemaakt. Ik kan die borden er dus wel uithalen, maar ja, dat heeft geen zin.” Terwijl hij aandachtig naar de ronddraaiende wieken van de molen kijkt: “Ja, dat neusje van aluminium. Ik begrijp die liefhebbers wel.”

Cor Hospes
September 20, 2022
Hopelijk heb je ervan genoten! 👍🏼
Gepersonaliseerde updates ontvangen?
De binnenkijker

De Hoop van Vorden

Cor Hospes
15.4.2021
20.9.2022

De achtkantige bovenkruier is al sinds 1905 familiebezit. Maar van binnen en buiten is de stellingmolen veranderd in een bouwval. Erik van Ark besluit die te transformeren tot een woning. Met een Ten Haveklep en een onweerstaanbaar neusje van aluminium.

De molen laten draaien, nee, dat doe je niet met een aan- en uitknopje. Dat vergt flink wat spierkracht. Erik van Ark staat op de stelling en laat het touw aan het tandwiel los om de molen te laten kruien. Daarbij moet hij het kruirad net zolang draaien, met zijn handen én desnoods zijn voeten, totdat het goed ‘op de wind’ staat. Daarna zet hij het wiel weer vast. “Met de wieken gaat het wiekenkruis draaien. Dat staat via een as in verbinding met raderen, tandwielen en de koningsspil die alles binnen aandrijft en ervoor zorgt dat een molen gaat malen, pompen of zagen.” Als het te hard waait, kijk, dan gaan de kleppen van de wieken open om te remmen. En dat kun je horen. Dan is onze molen net een piepende trein.”

Dan is onze molen net een piepende trein.”

Achtkantige korenmolen

Erik van Ark woont in molen De Hoop in Vorden. Gebouwd in 1850. Het is een achtkantige korenmolen die staat op een stenen pedestal. Zoals meer molens binnen de bebouwde kom. Die moeten wel op een voetstuk staan omdat ze anders, verstopt tussen de huizen, te weinig wind vangen. De wieken hangen daardoor hoog in de lucht, dus ja, die kun je niet met twee benen op de grond kruien. Daarom loopt rondom De Hoop een stelling, die met schoren en liggers vastzit in het metselwerk. Vanuit die omloop kun je de molen bedienen. Erik: “De ruimte beneden gebruiken ze om met paard en wagen beladen met zakken graan of meel naar binnen en buiten te rijden. Zonder dat je door de draaiende wieken van de weg wordt geslingerd.”

Meer verhalen lezen?

Buitenstate inspireert je graag over het buitenleven. Vul je naam en e-mailadres in.

Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.
Bedankt voor je aanmelding! Je blijft vanaf nu op de hoogte van exclusieve en gepersonaliseerde Buitenstate updates!
Oeps! Er ging wat mis bij het versturen van het formulier.

Gerelateerde artikelen

De binnenkijker
De Deel van Noordeloos
De binnenkijker
Naadloos in de polder
De binnenkijker
De Hoop van Vorden
De binnenkijker
Onder een grootse hemel van gebinten
De binnenkijker
Toonbeeld in Oisterwijk
De binnenkijker
Slot verbouwen van een vrijstaand huis - Deel 3
De binnenkijker
Het verbouwen van een vrijstaand huis - Deel 2
De binnenkijker
Het verbouwen van een woonboerderij - Deel 1
De binnenkijker
Je vrijstaande huis verbouwen
De binnenkijker
Verliefd op een smoelwerk van kruisverband
De binnenkijker

De Hoop van Vorden

15.4.21
20.9.2022
|
Cor Hospes

De achtkantige bovenkruier is al sinds 1905 familiebezit. Maar van binnen en buiten is de stellingmolen veranderd in een bouwval. Erik van Ark besluit die te transformeren tot een woning. Met een Ten Haveklep en een onweerstaanbaar neusje van aluminium.

De molen laten draaien, nee, dat doe je niet met een aan- en uitknopje. Dat vergt flink wat spierkracht. Erik van Ark staat op de stelling en laat het touw aan het tandwiel los om de molen te laten kruien. Daarbij moet hij het kruirad net zolang draaien, met zijn handen én desnoods zijn voeten, totdat het goed ‘op de wind’ staat. Daarna zet hij het wiel weer vast. “Met de wieken gaat het wiekenkruis draaien. Dat staat via een as in verbinding met raderen, tandwielen en de koningsspil die alles binnen aandrijft en ervoor zorgt dat een molen gaat malen, pompen of zagen.” Als het te hard waait, kijk, dan gaan de kleppen van de wieken open om te remmen. En dat kun je horen. Dan is onze molen net een piepende trein.”

Dan is onze molen net een piepende trein.”

Achtkantige korenmolen

Erik van Ark woont in molen De Hoop in Vorden. Gebouwd in 1850. Het is een achtkantige korenmolen die staat op een stenen pedestal. Zoals meer molens binnen de bebouwde kom. Die moeten wel op een voetstuk staan omdat ze anders, verstopt tussen de huizen, te weinig wind vangen. De wieken hangen daardoor hoog in de lucht, dus ja, die kun je niet met twee benen op de grond kruien. Daarom loopt rondom De Hoop een stelling, die met schoren en liggers vastzit in het metselwerk. Vanuit die omloop kun je de molen bedienen. Erik: “De ruimte beneden gebruiken ze om met paard en wagen beladen met zakken graan of meel naar binnen en buiten te rijden. Zonder dat je door de draaiende wieken van de weg wordt geslingerd.”

Meer inspiratie?

Buitenstate deelt met liefde verhalen over het buitenleven. Laat je gegevens achter.

Thank you! Your submission has been received!
Oops! Something went wrong while submitting the form.

Gerelateerde artikelen

De binnenkijker
De Deel van Noordeloos
De binnenkijker
Naadloos in de polder
De binnenkijker
De Hoop van Vorden
De binnenkijker
Onder een grootse hemel van gebinten
“Mijn opa begint erin een veevoederbedrijf. De maalstenen, trappen, tandwielen, koningspil, trappen en tussenverdiepingen: het is allemaal weg. Ze maken plaats voor veevoermachines, transportbanden en silo’s.”

Weg met de koningspil

De Hoop staat jarenlang tussen de korenvelden. Net zoals zijn ronde broertje, iets verderop in Vorden, de Hackfortsche Molen, ook een korenmolen op een verhoging. Heel bijzonder in de Achterhoek, twee molens zo dichtbij elkaar. Beide worden opgeslokt door de bebouwde kom van Vorden. Met het verdwijnen van de korenvelden, verdwijnt ook hun maalfunctie. Erik: “Mijn opa begint erin een veevoederbedrijf. De maalstenen, trappen, tandwielen, koningspil, trappen en tussenverdiepingen: het is allemaal weg. Ze maken plaats voor veevoermachines, transportbanden en silo’s.”

Veebrokken in een bovenkruier

De benedenverdieping van de achtkantige bovenkruier fungeert al die jaren als opslagruimte. “Er staan hier wel twintig silo’s met verschillende grondstoffen. Allemaal zeven meter hoog. Over de grond rijdt een karretje op rails van de ene ruimte naar de andere”, vertelt Erik. Als zijn vader overlijdt, stopt het veevoederbedrijf en verliest de stellingmolen opnieuw zijn functie. Wat moet ermee gebeuren? Verkopen is emotioneel lastig. De Hoop is al sinds 1905 familiebezit. Erik: “Hier ligt familiegeschiedenis.”

Restauratieplan

Dan krijgt Erik een idee. Hij zoekt een huis. Misschien dat hij en zijn vrouw in de molen kunnen wonen. Op de molen zit een woonwerkbestemming, dus ja, dat is een begin. Van de gemeente mag hij verbouwen. Maar hij krijgt met meer instanties en commissies te maken. Van het Gelders Genootschap tot de rijksoverheid, van Monumentenzorg tot de Provincie, ze willen allemaal hun plasje over de molen doen. ‘Laat eerst ook maar eens je restauratieplan zien’, krijgt hij te horen. Daarvoor komt hij terecht bij een molendeskundige van de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed. Na een jaar tekenen is die man klaar. “Elk dwarslatje staat op papier.” Erik schetst een tekening voor de woning in het aanpalende pakhuis. Maar daar kan de gemeente niks mee. Ze hebben een tekening van een architect nodig. En kijk, het restauratieplan krijgt ook een duimpje van de overheid. Met een lach: “Het plan is gekeurd door diezelfde man die het heeft getekend. Zo werkt dat binnen het rijk.”

“Elk dwarslatje staat op papier.”

Een molen met stroop

Dan begint opnieuw de ambtelijke stroop. Komt doordat er te veel mensen bij de restauratie zijn betrokken. Erik wil het huis zo inrichten dat je vanuit de achtkant direct de molen in kunt lopen. Dus niet via het huis. Maar, zegt een instantie, drie maanden later, het is een achtkantige molen, is het dan niet mooier dat je van die hele benedenverdieping een woonkamer maakt? Weer drie maanden later, bedenkt iemand, ja, allemaal leuk, maar hoe moeten mensen dan in de molen naar boven kunnen. Erik zucht. Hij is er na twee jaar gezever en vergader helemaal klaar mee.

Negeer het bezwaar

Okay, nog een keer met iedereen om tafel. Provincie vindt het idee okay, de gemeente ook. Maar dan zegt iemand van de rijksdienst, nee, niet diezelfde man die het restauratieplan heeft bedacht: ‘ik vind het allemaal niks’. Erik besluit zich van dat oordeel niks aan te trekken; hij weet intussen hoe de hazen lopen. “We krijgen een vergunning van de gemeente en zetten de restauratie gewoon door.” Het Rijk maakt nadien nimmer bezwaar. Maar okay, nee, ook niet. Wanneer ze het wel zouden goedkeuren, scheppen ze misschien een precedent. “Nu is het, wij vinden het niks, gemeente, doe ermee wat je wilt. De overheid wil gewoon geen beslissing nemen.”

Het gaande en luiwerk

Na drie jaar gedoe mogen in 2005 molenexperts eindelijk met de opknapbeurt beginnen. Gesteund door verschillende restauratiesubsidies van het rijk, de provincie en de gemeente. Verder wacht er steun van het Prins Bernard Cultuurfonds en het Europees Landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling. Dus ja, dan kom je een heel eind. Nodig, want alles heeft een nieuwe jas nodig. Buiten de wieken, de rieten kap, de oploop en het tandwiel. Binnenin het gaande werk -de aandrijflaan van de molen, dus alle onderdelen die de wieken in beweging zetten- en het luiwerk, de takel voor het ophijsen van zakken graan. De restauratie duurt een jaar. Met als doel om De Hoop weer maalvaardig te maken.

Geen pannenkoekmeel

De maalsteen ligt daarvoor sinds 2006 voor hem klaar. Maar nee, zegt Erik, hij heeft daar geen aardigheid in. “Ik kan dat ding wel laten draaien, maar ik ben geen molenaar. Bovendien, als ik daarin een zak graan gooi, heb ik binnen een kwartier 25 kilo meel, nou, zie dat maar eens kwijt te raken.” Daar is misschien een markt voor, en anderen zien kansen om daarvoor een winkeltje aan huis te beginnen, maar nee, hij knutselt liever aan motoren. Bovendien, zomaar pannenkoekmeel malen, dat vergt nogal wat hygiëne eisen. “Een molen is van binnen niet bekleed met RVS.”

De binnenkijker

Onder een grootse hemel van gebinten

De binnenkijker

Toonbeeld in Oisterwijk

De binnenkijker

Het verbouwen van een vrijstaand huis - Deel 2

De binnenkijker

Slot verbouwen van een vrijstaand huis - Deel 3

De binnenkijker

Het verbouwen van een woonboerderij - Deel 1

De binnenkijker

Je vrijstaande huis verbouwen

De binnenkijker

Verliefd op een smoelwerk van kruisverband

De binnenkijker

Naadloos in de polder

De binnenkijker

De Deel van Noordeloos

De binnenkijker

De Hoop van Vorden

Gerelateerde artikelen